“Goede wijn wordt in de wijngaard gemaakt”, is een steeds vaker gehoorde uitspraak. Hier vinden in ieder geval belangrijke keuzes plaats. In onze biologische stadswijngaard No Chateau in Amsterdam Noord hebben we afgelopen jaar voor de tweede keer geoogst. Jan Kling, onze begeleidend wijngaardenier heeft de wijnen (2018) die nu op de vaten rijpen, laten analyseren in Luxemburg, om beter te kunnen bepalen wat ons nog te doen staat in de wijnkelder. De wijnen werden onder andere onderzocht op potentieel aanwezige zuren, suikers en alcoholpotentie.                                                                                                      Voor het jaar 2019 zijn we in februari met alle wijngaardeniers begonnen met de wintersnoei voor de geleiding van de wijnstokken. We hebben onder andere gekozen voor de Guyot snoeiwijze.

Ook na de wintersnoei is er genoeg te doen in de wijngaard, zoals een
eventuele nachtvorstbescherming in maart. De sapstromen in de wijnstok
zijn dan al op gang gekomen en daardoor is de stok kwetsbaar. Vervolgens
is het: continue gras- en onkruidvrij maken direct rondom de wijnstok,
opbinden van de wijnstok in april, bladpluk in juni, netten spannen
tegen vogels en oogsten in september, oktober. Al met al een boeiend en
arbeidsintensief proces. Ondertussen is het nodige werk in de wijnkelder
gaande, zoals tussentijds proeven van de oogst 2018, bottelen van deze
oogst, uitgifte van de flessen etc.

Biologische wijnen en smaak

Biologische wijnen smaken elk jaar anders en de kleine wijnboeren sturen niet aan op wijn met elk jaar exact dezelfde smaak. Dat gebeurt wel bij grote ‘wijnmerken’. Steeds wordt opnieuw bekeken wat samenwerking met de natuur oplevert, wat de beste en gezondste druiven zijn en welke assemblage of blend het beste. Voor de wijnmaker is dit een van de spannendste facetten van het wijn maken. Zo heeft de biologische wijnbouwer invloed op de uiteindelijke smaak.

Wijn gemaakt van biologisch geteelde druiven is vaak bijzonder zuiver én past in de moderne levensstijl waarin we proberen meer in balans met onze omgeving te leven. Het grootste verschil met de intensieve teelt is dat de biologische wijnboer geen kunstmatige bestrijdingsmiddelen of kunstmest gebruikt. Dit vanuit de filosofie dat het sap uit de druif en de daarvan bereide wijn een natuurlijke behandeling moeten krijgen, zodat de wijn zo weinig mogelijk schadelijke stoffen bevat. Het streven is de bodem zo vitaal en gezond mogelijk te houden.

Afhankelijk van de natuur

De biologische aanpak maakt afhankelijker van het gedrag van de natuur, maar het natuurlijk evenwicht werkt in het voordeel van deze aanpak. De wijnstok wortelt namelijk dieper, waardoor ze beter in haar eigen voedsel kan voorzien. In de bodem kunnen organismen leven waar de wortels samenwerkingen mee aangaan die de plant juist beschermen.

Hetzelfde gebeurt bovengronds: er ontstaat een natuurlijk
evenwicht tussen insecten, de micro-organismen en de wijnrank. In de bio
wijngaard staan tussen de druivenstokken bloemen, onkruid en zijn insecten. Een
mooie balans waarin de druivenstok zijn eigen plaats inneemt. Dit komt de wijn,
de gezondheid en de wereld ten goede.

De biologische wijnboer probeert zo optimaal mogelijk samen te werken met de natuur. Als het een regenachtig jaar is, is het effect ervan niet te verbloemen. Bij regulier wijn maken kan dat veel makkelijker door het toevoegen van chemische stoffen die de smaak beïnvloeden. Kleinere gemotiveerde biologische wijnboeren houden zich liever aan het gebruik van natuurlijke hulpmiddelen ook in de wijnkelder. Al zegt de huidige regelgeving in Europa voor de bereiding van biologische wijn alleen iets over de teeltwijze van de druiven.                                                                       De vraag stijgt naar wijnen die op een zo natuurlijk mogelijke manier gemaakt zijn.

Als je zin hebt in een rondleiding op No Chateau neem dan contact met me op.

El van Raaij